Over ons

Verhalen beklijven. Een verhaal – met personages, een spanningsboog, een diepere betekenis – informeert niet alleen maar laat je ook meebeleven. Stichting Verhalende Journalistiek stelt zich tot doel om verhalende journalistiek oftewel literaire non-fictie in de Nederlandstalige media te stimuleren, zowel in journalistieke producties voor dag-, week- en maandbladen als in boekvorm, voor de radio, internet en televisie.

We zijn ervan overtuigd dat het de taak is van de journalist om journalistieke producties aantrekkelijker te maken. Onze stichting helpt journalisten om hun vertelvaardigheden te vergroten.

Ontstaan

Stichting Verhalende Journalistiek is opgericht naar aanleiding van een inspirerend bezoek van journalist Mark Kramer aan de VVOJ conferentie in 2009. Hij vertelde over de door hem opgerichte Nieman Conference on Narrative Journalism en inspireerde ons om ook in Nederland van start te gaan.

Begin 2010 besloten we als groepje van zes journalisten een serieuze poging te wagen een conferentie voor verhalende journalistiek te organiseren. Gewoon, omdat we vonden dat het moest. Vele vergaderingen en een hoop papierwerk verder was in 2011 de eerste conferentie voor verhalende journalistiek een feit. Het was zo’n succes dat er wel een vervolg moest komen. Al was het maar voor al die belangstellenden die geen kaartje hadden weten te bemachtigen. Inmiddels zijn de voorbereidingen voor de tiende conferentie alweer in volle gang.

10 criteria die verhalende journalistiek van fictie en verslaggeving onderscheiden

Wat is verhalende journalistiek?

Omdat er soms verwarring is over de vraag of iets verhalende journalistiek is en niet bijvoorbeeld een reportage, een literair verhaal of een speelfilm, heeft de Stichting Verhalende Journalistiek hier een aantal basiscriteria voor opgesteld. De vuistregel is dat verhalende journalistiek zich van niet-verhalende journalistiek onderscheidt door het gebruik van narratieve technieken en van fictie door het waarheidsgetrouwe karakter. Maar dat blijft een grof onderscheid. Daarom hebben we een aantal specifieke criteria geformuleerd, te beginnen met de journalistieke:

1. Verhalende journalistiek behandelt bestaande dingen, mensen en gebeurtenissen. Het gaat dus om non-fictie.

2. Het daadwerkelijk bestaan van essentiële evenementen, verhaallijnen en personages moet kunnen worden getoetst, al was het maar in vertrouwelijkheid (wanneer bijvoorbeeld privacy of veiligheid in het geding zijn).

3. Stijlmiddelen kunnen worden ingezet om de zeggingskracht van het verhaal te versterken, maar mogen de feiten of de loop van de gebeurtenissen niet wijzigen. 

4. Wanneer de rol van de maker essentieel is voor het verloop van het verhaal, omdat hij of zij bijvoorbeeld betrokkene is, moet dit voor het publiek duidelijk zijn. 

5. Wanneer de maker het verloop van het verhaal beïnvloedt, bijvoorbeeld doordat hij of zij de gebeurtenissen (mede) stuurt, moet dat in de productie (her)kenbaar zijn gemaakt. 

Ook het gebruik van narratieve technieken is kenmerkend voor verhalende journalistiek. We onderscheiden vijf van zulke technieken. Die hoeven niet allemaal tegelijk in een productie voor te komen, maar als ze allemaal ontbreken, is zeker dat er van verhalende journalistiek geen sprake is.

6. De aanwezigheid van heldere personages. Hun functie is dat ze voor identificatie, belangstelling en verwondering zorgen en het verhaal voortstuwen.

7. Het gebruik van scènes oftewel show don’t tell: de maker legt niet uit wat er aan de hand is, maar laat dat zien, horen, ruiken en voelen. 

8. Spanningsboog. Verhalende journalistiek geeft niet meteen alle informatie prijs maar speelt daar een spel mee. De maker gebruikt daarbij gereedschappen als vooraankondigingen, versnelling, vertraging, terugblikken en cliffhangers.

9. Een verteller. Deze kleurt de gebeurtenissen en betrekt de lezer, kijker of luisteraar bij het verhaal. De verteller kan een belevende ‘ik’ zijn of een alwetende of personale verteller, maar er kunnen ook meerdere vertellers zijn. 

10. Gelaagdheid. Een ‘kleine’ gebeurtenis die op zichzelf misschien niet nieuwswaardig is, kan voor een grotere maatschappelijke ontwikkeling staan, of een nieuwswaardig verhaal kan vervlochten zijn met privébelevenissen van personages.

Een productie heeft voor ons meerwaarde als ze ook nog aan (een van) de volgende criteria voldoet:

  • Nieuwswaarde. De productie is maatschappelijk relevant en/of staat voor iets groters dat in het brandpunt van de belangstelling staat. 
  • Uniciteit. De originele aanpak, de bijzondere research of de grote inspanning maken dat de productie uitstijgt boven een regulier verhaal. 
  • Vernieuwing. De productie maakt gebruik van vernieuwende verteltechnieken.

Bestuurleden

Henk Bas

Henk Bas

Voorzitter

Sara de Monchy

Sara de Monchy

Bestuurslid

Freek Schravesande

Freek Schravesande

Penningmeester

David Hielkema

David Hielkema

Bestuurslid

Danusia Schenke

Danusia Schenke

Bestuurslid

Team

Dirk Hooijer

Dirk Hooijer

Projectmedewerker

Maud Wiersma

Maud Wiersma

Projectmedewerker

Comité van aanbeveling

Mark Kramer

Geert Mak

Jan Donkers

Xandra Schutte

Frits van Exter

Gerard Walhof

Pieter Broertjes

Emile Fallaux